Een jaar geleden ging mijn vaatwasser stuk. Toch kwam er geen nieuwe. Luiheid, een geplande verhuizing, zuinigheid. Wel kocht ik een druiprekje.
Ik doe de vaat dus alweer een tijdje met de hand. Het doet me denken aan mijn studententijd. Toen vond ik afwassen afschuwelijk. Zin in koffie? Dan viste ik uit alle vieze bordjes en pannen op het aanrecht één kopje om schoon te maken. Morgen kwam de rest wel.
Nu vind ik afwassen eerlijk gezegd best relaxed. Tussen het sop en de druipende borden vind ik steeds vaker een antwoord. Ineens weet ik de perfecte titel. Of slotzin.



